De aankoop van een eigen huis is niet mijn eerste keer, maar het is wel de eerste keer dat ik zo’n eigen huis ook moet verkopen. Achteraf bekeken was de advertentie op Immoweb eigenlijk nog niet zo oud, maar als je op een koper zit te wachten lijkt het allemaal wel heel lang te duren. Als je dan tegelijkertijd een ander huis aankoopt, en je je dus verbindt aan de bank voor een zeer groot bedrag, wordt het natuurlijk nog een stuk spannender, vooral als de reacties niet zo talrijk blijken te zijn. Bij mondjesmaat werd al eens een e‑mail gestuurd met de vraag om wat afmetingen, of er een tuin aan was, welke verwarming er was, wat de werkelijk gewenste prijs was, enz. Immokantoren waren daarentegen natuurlijk wél en masse geïnteresseerd, en bij de mededeling dat ik niet met hen wou werken, kreeg ik in sommige gevallen een sneer dat zij wel veel mensen hadden die wél in het huis zouden geïnteresseerd zijn, maar die ik dan niet zou te zien krijgen. (Alsof die mensen zelf dan niet op internet zouden kunnen kijken.)
Komt daar nog bij dat de media allerhande onheilspellende berichten de wereld insturen over afnemende koopkracht, beurscrisissen, slechte tijden, faillissementen, enz. Het gezond verstand zegt natuurlijk dat bovenstaande fenomenen alleen betrekking hebben op het grootkapitaal dat spelenderwijs de extraatjes belegt om ze hier en daar met een paar nullen te laten toenemen (of in bovenstaande gevallen dus afnemen), en dat dit niet onmiddellijk van belang is voor de man in de straat die een lening voor een huis afsluit bij een gezonde bankinstelling, enkele (per)centjes in de rentevoet niet te na gesproken.
Met mijn categorie van woning zit ik echter in een randgebied, waar zich mensen bevinden die balanceren op de rand van zich wel of niet een huis kunnen veroorloven – alleenstaanden, jonge koppeltjes die hun eerste woning gaan aankopen, oudere koppels die voor een tweede of misschien zelfs derde keer in een relatie stappen, enz. Door de vlucht die de prijzen van immobiliën de laatste 5 jaar hebben genomen – (= verdubbeld) niet ondanks de immokantoren – is het voor alleenstaanden of mensen zonder spaarpot of sponsoring-van-ouderlijken-huize al bijna onmogelijk geworden om nog iets aan te kopen, ook al doen de banken alle mogelijke moeite om hun leningen aan de man te brengen, en helpen ze mensen maar al te graag om zich tot zelfs 30 à 40 jaar in de schulden te steken. En het is als 20-jarige natuurlijk geen mooi vooruitzicht om voor een huis dat kan worden ingedeeld in de categorie “eerste aankoop” te blijven betalen tot je 60 jaar bent…
Maar de aankoop van een huis is en blijft vooral – in zoverre je binnen je budget zoekt – een geval van “gut feeling”, wat volgens de Oxford English Dictionary wordt omschreven als "the immediate apprehension of an object by the mind without the intervention of any reasoning process", in het Nederlands vertaald als “buikgevoel” of “intuïtie”. Hoe men (het huis) ook draait of keert, welk budget men ook heeft, welke ingrepen je ook wilt aanbrengen in de loop der tijd, als je met het huis niet onmiddellijk van de eerste keer een “déclic” hebt, net zoals met een potentiële partner, dan zal het nooit je volle keuze zijn. Wie huizen gaat bekijken, weet niet welk huis het meest zal geschikt zijn, tot op het moment dat je dat huis binnenwandelt.
En dat is wat afgelopen zaterdag met het mijne gebeurde: een dame die was voorbijgefietst (en het dus nog niet eens had gezien op internet of in de krant) had gebeld met de vraag of ze even een kijkje mocht komen nemen, en aldus geschiedde. Na een aanvankelijk “waauw-gevoel” (= haar gut-feeling-ervaring) duurde het nog maar tot ze de tuin was ingewandeld, en toen zei ze al dat ze een bod wou doen, nl. net genoeg wat ik voor het huis wou hebben. Er werd onmiddellijk één en ander op papier gezet, en als alles goed gaat wordt volgende week de verkoopsovereenkomst officieel ondertekend. Zo werkt dat buikgevoel dus.
Vanaf nu wordt het dan volop concentreren op ons nieuw aangekochte huis, en wat Liezele op het vlak van vrijetijdsbesteding te bieden heeft, maar vanavond dompelen we ons nog even onder in de sagen en legenden van de streek waar ik de voorbije zes jaar een leuk onderkomen heb gevonden. En als we het provinciebestuur mogen geloven, zal het toerisme in deze streek de komende jaren nog sterk gepromoot worden. Al had ik natuurlijk al genoeg aan die ene fietsster…
1 comment:
Proficiat! zo snel kan dat dus gaan se.
Post a Comment