Met een lentefeest, de eerste veelvuldig foutief gespelde barbecues – dus niet de in een steeds groeiende hoeveelheid folders fonetische voorkomende misbaksels “barbeques” (sic), technisch te worden uitgesproken als [barbeks] – en een moederdagetentje achter de rug, hebben we nog niet echt de gebruikelijke culinaire lentematigheid aan de dag kunnen leggen die komt met de luchtigheid van het weer. De slaatjes zullen dus nog even op zich moeten laten wachten, maar dat doen de zomerse temperaturen op dit moment dan ook weer.
Een bezoekje aan Leuven onlangs werd afgesloten onder de vorm van een etentje bij Omaya, een Libanees restaurant aan het Sint-Jacobsplein in Leuven. Een beetje ongelukkig gelegen, daar aan dat Sint-Jacobsplein, want klaarblijkelijk alleen bekend bij buurtbewoners of mensen die de plaatselijke parkeerplaats weer afrijden na hun shoppingstonde. Maar aangezien ons oog en onze neus gemakkelijk blijft hangen aan alles met een culinair reukje, hadden we het al gespot bij aankomst, en dus wilden we het voor onze terugrit naar het Klein-Brabant eens uitproberen. Met de gevel van een gewoon woonhuis zou je er al snel aan voorbijlopen, als er geen suggestiebord op het voetpad voor de deur zou staan, dat in één oogopslag een smakelijk idee geeft van wat er te verkrijgen is, ondersteund door de begeleidende geur die uit het pand stroomt. Nog vrij vroeg op de avond was het wat verlaten, al liep het een uurtje later toch stilaan vol, vooral dan met wat door de patron klaarblijkelijk als habitués werd herkend. Vooral buurtbewoners dus, zoals ik al zei. We startten met enkele lukraak gekozen voorgerechten – een gebruikelijke mezze die je in andere Libanese restaurants kan krijgen, waarbij er al een voorselectie van de Libanese tapa’s werd gekozen voor de gretige eter, stond niet als dusdanig op de menukaart – om vervolgens te kiezen voor één van de “mechwi’s”, wat eigenlijk een grillschotels zijn, voorzien van enkele groenten, rijst en brood. Geen superdeluxe kookkunst, maar het is dan ook vrij redelijk van prijs en lekkerder (lees: gezonder) dan de doorsnee pittaschotel; het interieur is net iets gezelliger gemaakt. De kaart biedt niet zo’n geweldig grote keuze om er regelmatig de deur plat te lopen, al is dat wat habitués gewoonlijk aanspreekt. Ik zou er niet voor omrijden, maar als je toevallig op Sint-Jacobs parkeert, kan je het misschien wel eens proberen.
Nog iemand wie niet bepaald matigheid aan de dag legde afgelopen weekend, was Dominique Strauss-Kahn, "DSK" voor de vrienden, tot voor kort gedroomde presidentskandidaat voor de sossen in Frankrijk, en graag geziene gast bij enkele evenementen van mijn huidige werkgever. Helaas voor dit alles, sloeg de testosteron bij de genaamde DSK zo erg de hoogte in, dat hij er meteen zijn professionele en politieke carrière mee aan gruzelementen knalde. Ook al mag iedereen dan orakelen dat het heerschap het voordeel van de twijfel geniet, het vermoeden van onschuld heeft zolang zijn schuld niet is bewezen, en er wordt getwijfeld aan de echtheid van het gebeurde, wat ik vooral frappant vind is dat schijnbaar niemand er de facto van uitgaat dat hij wel eens gewoon ronduit een verkrachter zou kunnen zijn. Iedereen, vooral de media en zowel zijn politieke mede- als tegenstanders gaan onmiddellijk uit van een complottheorie bedacht om hem van zijn piëdestal te gooien, terwijl mijn onmiddellijke collega’s van Franse nationaliteit op het werk in alle nuchterheid wezen op het feit dat de man gewoon een vrouwenzot is, en zelfs een vrij ongezonde omgang heeft met vrouwen, die hem in het verleden al veel problemen en een zware reputatie op dat vlak hebben opgeleverd, getuige daarvan overigens bijkomende verhalen in die trant die nu weer bovenkomen. Maar, wat in mijn ogen het ergste is, opgezet spel of niet – want zelfs als het op één of andere manier zou kunnen zijn opgezet als een val voor een muis, dan nog heeft de man toch gretig toegehapt in het blokje kaas – is dat er een vrouw is die werd aangevallen en daarvoor klacht heeft ingediend, en toch, nog steeds in deze 21ste eeuw, wordt er onmiddellijk van uitgegaan dat de claims van de kleine vrouwelijke garnaal dienen te worden afgedaan als een onwerkelijke fantasie die aan haar brein is ontsproten om een grootheid wellicht geld af te troggelen, terwijl de grote, invloedrijke kreeft zijn gloed van onaantastbaarheid blijft behouden. Maar ja, het jaar van de vrouw is dan ook alweer een tijdje geleden...
Een bezoekje aan Leuven onlangs werd afgesloten onder de vorm van een etentje bij Omaya, een Libanees restaurant aan het Sint-Jacobsplein in Leuven. Een beetje ongelukkig gelegen, daar aan dat Sint-Jacobsplein, want klaarblijkelijk alleen bekend bij buurtbewoners of mensen die de plaatselijke parkeerplaats weer afrijden na hun shoppingstonde. Maar aangezien ons oog en onze neus gemakkelijk blijft hangen aan alles met een culinair reukje, hadden we het al gespot bij aankomst, en dus wilden we het voor onze terugrit naar het Klein-Brabant eens uitproberen. Met de gevel van een gewoon woonhuis zou je er al snel aan voorbijlopen, als er geen suggestiebord op het voetpad voor de deur zou staan, dat in één oogopslag een smakelijk idee geeft van wat er te verkrijgen is, ondersteund door de begeleidende geur die uit het pand stroomt. Nog vrij vroeg op de avond was het wat verlaten, al liep het een uurtje later toch stilaan vol, vooral dan met wat door de patron klaarblijkelijk als habitués werd herkend. Vooral buurtbewoners dus, zoals ik al zei. We startten met enkele lukraak gekozen voorgerechten – een gebruikelijke mezze die je in andere Libanese restaurants kan krijgen, waarbij er al een voorselectie van de Libanese tapa’s werd gekozen voor de gretige eter, stond niet als dusdanig op de menukaart – om vervolgens te kiezen voor één van de “mechwi’s”, wat eigenlijk een grillschotels zijn, voorzien van enkele groenten, rijst en brood. Geen superdeluxe kookkunst, maar het is dan ook vrij redelijk van prijs en lekkerder (lees: gezonder) dan de doorsnee pittaschotel; het interieur is net iets gezelliger gemaakt. De kaart biedt niet zo’n geweldig grote keuze om er regelmatig de deur plat te lopen, al is dat wat habitués gewoonlijk aanspreekt. Ik zou er niet voor omrijden, maar als je toevallig op Sint-Jacobs parkeert, kan je het misschien wel eens proberen.
Nog iemand wie niet bepaald matigheid aan de dag legde afgelopen weekend, was Dominique Strauss-Kahn, "DSK" voor de vrienden, tot voor kort gedroomde presidentskandidaat voor de sossen in Frankrijk, en graag geziene gast bij enkele evenementen van mijn huidige werkgever. Helaas voor dit alles, sloeg de testosteron bij de genaamde DSK zo erg de hoogte in, dat hij er meteen zijn professionele en politieke carrière mee aan gruzelementen knalde. Ook al mag iedereen dan orakelen dat het heerschap het voordeel van de twijfel geniet, het vermoeden van onschuld heeft zolang zijn schuld niet is bewezen, en er wordt getwijfeld aan de echtheid van het gebeurde, wat ik vooral frappant vind is dat schijnbaar niemand er de facto van uitgaat dat hij wel eens gewoon ronduit een verkrachter zou kunnen zijn. Iedereen, vooral de media en zowel zijn politieke mede- als tegenstanders gaan onmiddellijk uit van een complottheorie bedacht om hem van zijn piëdestal te gooien, terwijl mijn onmiddellijke collega’s van Franse nationaliteit op het werk in alle nuchterheid wezen op het feit dat de man gewoon een vrouwenzot is, en zelfs een vrij ongezonde omgang heeft met vrouwen, die hem in het verleden al veel problemen en een zware reputatie op dat vlak hebben opgeleverd, getuige daarvan overigens bijkomende verhalen in die trant die nu weer bovenkomen. Maar, wat in mijn ogen het ergste is, opgezet spel of niet – want zelfs als het op één of andere manier zou kunnen zijn opgezet als een val voor een muis, dan nog heeft de man toch gretig toegehapt in het blokje kaas – is dat er een vrouw is die werd aangevallen en daarvoor klacht heeft ingediend, en toch, nog steeds in deze 21ste eeuw, wordt er onmiddellijk van uitgegaan dat de claims van de kleine vrouwelijke garnaal dienen te worden afgedaan als een onwerkelijke fantasie die aan haar brein is ontsproten om een grootheid wellicht geld af te troggelen, terwijl de grote, invloedrijke kreeft zijn gloed van onaantastbaarheid blijft behouden. Maar ja, het jaar van de vrouw is dan ook alweer een tijdje geleden...
No comments:
Post a Comment