Friday 5 December 2008

Kdeng kdeng

Sinds de Goodman-ervaring afgelopen is, heb ik weer het genoegen om terug in het circuit van de 'job hunt' te zitten. Een cv dat ondertussen al 2 volle pagina's bestrijkt en de bijhorende 15 jaar ervaring verdwijnen bij elk nieuw gesprek als sneeuw voor de zon, want altijd weer moet je tot in den treure worden getest, binnenste buiten gekeerd en ondervraagd, om toch maar te bewijzen dat het allemaal geen loze woorden zijn, en dat je daadwerkelijk al die dingen gedaan hebt, en de talen die je spreekt ook inderdaad spreekt, om bovendien na 15 jaar ook nog steeds de vraag te krijgen waarom je geen vertaler bent, alsof dat er na al die jaren nog iets toe doet. Het is alsof je aan Paul Michiels zou vragen waarom hij geen melkboer is. Een mens zou er horendol van worden.

Met het solliciteren, dat doorgaans per auto gebeurt omdat veel gesprekken ergens op een comfortabel uur in het midden van de voor- of namiddag vallen, maar af en toe ook per trein, als de locatie en het tijdstip niet zo comfortabel samenvallen, heb ik ook de geneugten van het treinreizen opnieuw mogen ervaren, wat al jaren geleden was. Het is ondertussen ook al heel wat veranderd, maar wat helaas niet veranderd is, is de onaantrekkelijkheid en de ontoegankelijkheid van het treinrijden, vooral dan voor leken, niet-ervaren treinreizigers en buitenlanders.

De eerste keer dat ik bijvoorbeeld terug de trein nam om mij naar Brussel te begeven, en dan niet zomaar Brussel-centrum, want dat zou te gemakkelijk zijn, maar een eind op de Louizalaan, heb ik bijna twee uur op internet zitten zoeken om mij zo goed mogelijk te informeren over vertrek- en aankomsttijden, overstappen, stationsfaciliteiten, metro en trams, enz. Ik maakte me namelijk geen illusie dat het zichzelf allemaal niet zou uitwijzen, en wou beter goed voorbereid aan de rit beginnen.

Die eerste uitstap, waarbij ik van punt A (thuis) naar punt B (een eind op de Louizalaan) moest geraken in de meest voordelige tijdsspanne, zou tegenwoordig door geen enkel wiskundig schoolvraagstuk kunnen worden berekend, want het simplisme van bij punt A op de trein en bij punt B van de trein te stappen, houdt tegenwoordig geen enkele steek meer. Ik begaf me per auto naar het station van Puurs, waar exact op het uur (8.00 uur) een trein passeerde die richting Leuven ging, zodat ik in Mechelen kon overstappen richting Brussel. Het station van Puurs heeft een eigen (onbetaalde) parking, dus dat kwam heel goed uit, al bleek bij aankomst echter - nadat ik enkele plaatselijke omleidingen voor wegenwerken had getrotseerd, die weliswaar waren ingecalculeerd - dat om een onduidelijke reden zowat 1/4 van de parking was aangeduid met bordjes "niet parkeren". Dus, een rit tot bijna het einde van de parking, waar ik het laatste plaatsje vond, om het dan op een loopje te zetten naar het station zelf, want ik moest immers nog een ticketje kopen. In het station gekomen bleek dat de plaatselijke gepensioneerdenbond 1 of andere uitstap bekokstoofde, die met veel omhaal werd aangekondigd aan alle medereizigers in het gebouw, en waarbij voor alle duidelijkheid nog maar eens kond werd gemaakt van de namen van de deelnemers, bij middel van zeer volumineuze naamafroeping door het vrouwmens dat zich als '
Gruppenführer" had opgeworpen. Aangezien iedereen zichtbaar genoot van de persoonlijke aandacht die hen hierbij werd toebedeeld, en bij het horen van de eigen naam een "ja" door het stationsgebouw schalde, waarbij een schalkse blik aan de andere aanwezigen werd geworpen om te laten verstaan "Dat ben ik!", hadden ze zich natuurlijk allemaal rond het vrouwmens geschaard en blokkeerden ze op die manier de hele stationshal, waardoor andere reizigers - die op weg waren naar ernstiger activiteiten - moeite moesten doen om zich een weg te banen door de bende opgehitste veteranen om bij het loket te komen, waar het spoorwegpersoneel het hele tafereel geamuseerd gadesloeg van achter hun kogelvrij uitstalraam. Toen ik een (tamelijk duur) retourticket had aangeschaft en mij naar het juiste perron begaf (na toch maar drie keer te hebben gecheckt of dat wel het juiste was op de aanwezige uurroosters), bleef ik daar even wachten tot de trein eraan kwam. Blijkbaar stond ik ei zo na op de plaats waar mijnheer Huppeldepup elke dag zijn laatste sigaretje rookte voor de trein eraan kwam, want het bebaarde exemplaar in kwestie liep me bijna omver om zich exact tussen mij en het muurtje achter mij te komen installeren, waarop ik niet anders kon dan enkele stappen opzij te doen, want hij wou duidelijk geen millimeter van die ene tegel prijsgeven.

Het traject tot Mechelen verliep perfect, afgezien van het feit dat de trein 3 minuten later vertrok dan volgens schema, maar ach, welke echte Belg maakt daar nu een punt van, zolang hij maar "
à peu près" op tijd is? Door die vertraging was het wel zo dat ik de trein naar Brussel hoorde afkondigen terwijl ik uitstapte en natuurlijk, waarom het gemakkelijk maken als moeilijk ook gaat, was onze trein aangekomen op het spoor aan het ene uiteinde van het station, terwijl die naar Brussel natuurlijk aan het andere uiteinde van het station zou stoppen, waardoor iedereen in een rotvaart tussen de mensenmassa door de Mechelse stationsgang liep in de hoop om nog op tijd te komen. En wat bleek? Er waren zowaar twee treinen die richting Brussel gingen, maar de ene had 5 en de andere 15 minuten vertraging, waardoor we voor niks hadden gespurt.

Op de trein gekomen bleek dat er niet alleen hele banken en aparte zitjes bestaan op de trein, maar er was ook nog keuze uit een soort van halve bankjes. De mensen die daarop zaten zagen eruit van het type semi-autist, die liever niemand naast zich hadden en dus lekker breeduit op het bankje waren gaan zitten, met krant opengeplooid, tas naast zich, enz. Aangezien er nergens nog plaats was - want spitstreinen, vooral als ze vertraging hebben, blijken goed gevuld te zijn - nam ik dan maar voorzichtig plaats op een half bankje naast een dame, die met een vieze blik en een zucht haar handtas opzij trok en helemaal tot tegen het raam schoof. Ik vroeg me al af of de plaatsen soms besproken waren en keek rond om een nummering te vinden, maar kon toch nergens zoiets dergelijks opmerken. Ik had waarschijnlijk het bewegingsruim van de dame in kwestie geschonden.

Bij aankomst in Brussel moest ik een specifieke tram nemen om tot op de Louizalaan te geraken, en aangezien ik wist dat een ticketje op de tram nu duurder was en dat het ongemakkelijk was voor de chauffeur om met wisselgeld in de weer te zijn enz., had ik opgezocht dat er op het centraal station een verkoopkantoor van de plaatselijke MIVB was, waar ik mij alle mogelijke kaartjes, rittenkaart of dagkaart, kon aanschaffen. Ik zocht het hele station af, keek in een paar gangen, bij winkeltjes enz., maar kon nergens het verkooppunt traceren. Je zal maar een vreemde bezoeker zijn die aankomt in Brussel (al was er een plaats waar je Thalys-, Eurostar- en andere internationale ticketten kon kopen, waarbij ik me afvroeg waarom je daar zo'n ticket zou willen kopen, als je net in Brussel bent gearriveerd). Dan bedacht ik me meteen dat zo'n internationale bezoekers waarschijnlijk ook hun ticketjes op de tram zelf moeten kopen, en dat het dus voor mij ook de beste oplossing was. Toen ik op de tram stapte was er voor mij zowaar ook een dame die nog een ticketje moest kopen, en de chauffeur ging hier enigszins aarzelend op in, met een blik op ons gericht alsof we als verdachte criminele individuen eender welk moment een paraplu zouden bovenhalen om hem te lijf te gaan. De vrees voor dergelijke aanvallen zit er diep ingeworteld, bleek duidelijk toen hij me "Deuzeuro!" toesneerde omdat ik niet uit het hoofd wist wat een ticketje kostte. Tijd om het ticketje af te punten had ik niet, want hij ging er met volle vaart vandoor, dus het veiligste wat me te doen stond was gewoon te gaan zitten en geen verdere aandacht meer op mij te vestigen. Gelukkig ben ik op tijd en heelhuids op de afspraak geraakt, maar ik was dan ook ruim anderhalf uur eerder vertrokken vanuit punt A.

De terugreis voltrok zich volgens een gelijkaardig scenario, waarbij in Mechelen tijdens het overstappen bleek dat - in tegenstelling tot in de Engelse metro, waar iedereen mooi aan 1 kant blijft zodat snellere reizigers door kunnen naar hun volgende bestemming - in Belgie iedereen als een zootje ongeregeld in een mensentros de trappen op- en afloopt, waarbij je de keuze hebt om mee te hangen in die tros, of je erdoor te werken zodat je iets meer kans hebt om je trein nog tijdig te halen. Ik koos voor het laatste, want
uiteraard werd mijn reactievermogen ook bij het terugrijden weer op de proef gesteld en diende ik opnieuw een spurt in te zetten naar het verst verwijderde perron, wat mij niet alleen nijdige blikken maar dito opmerkingen en enig duwwerk opleverde van een tweetal dames beladen met de buit van hun dagje shopping, aangezien het hen duidelijk eender was welke trein ze zouden nemen. (De NMBS maakt overigens tegenwoordig reclame om te gaan shoppen per trein in plaats van per auto, dus de modale worker die de hated journey on the train elke morgen dient te ondernemen, gaat veel meer met dit soort tergend trage toeristen te maken krijgen.)

Al bij al was het nog wel leuk, vooral als je niet gehaast bent, want alles heeft zijn positieve kanten, en je hebt tenslotte tijd om wat te lezen, wat in de auto in de file nog steeds niet mogelijk is - als onervaren reiziger weliswaar enigszins nerveus en met een knikkende hoofdbeweging om je er bij elke stop toch maar van te vergewissen dat je je bestemming niet voorbijrijdt. Ondertussen blijkt ook dat het uurrooster van bepaalde treinen weer is aangepast, wat volgens de NMBS de zaken verbetert, maar volgens de reizigers niet. Maar dat zal wel een eeuwigdurende discussie blijven.
De trein is immers, ondertussen meer dan ooit, "altijd een beetje reizen".

1 comment:

Marrek O'Polo said...

Hey TanTan,
wat een leuk verhaal !? Een mens zou voor zijn plezier de trein nemen... als hij echt niets anders om handen heeft. Vooral de titel is meer dan de moeite waard .
Blog zo verder !!!